Taalfouten die bijna iedereen maakt, deel 3
Ze zijn klein, maar verraderlijk: de beruchte d’s en t’s. Eén verkeerde letter en je professionele e-mail of verslag oogt slordig. Twijfel je ook weleens over “vind of vindt?”, “word of wordt?” of “meld of meldt?”? Geen zorgen, je bent niet de enige. Dit zijn drie van de meest gemaakte taalfouten in zakelijke communicatie. Gelukkig kun je ze met een paar eenvoudige regels voor eens en altijd de baas worden.
Vind of vindt? Zo maak je nooit meer een fout
Als je een e-mail schrijft, wil je professioneel overkomen. Maar dan komt die ene twijfelachtige zin: “Jij vind… of vindt?” Eén verkeerde letter en je bericht oogt slordig. Tijd om dit probleem voorgoed op te lossen.
De juiste spelling hangt af van het onderwerp van de zin.
Gebruik “vind” als:
- Het onderwerp “ik” is.
- Ik vind de planning duidelijk.
- Het onderwerp “je/jij” achter de persoonsvorm staat.
- Vind jij de vergadering ook te lang?
Gebruik “vindt” als:
- Het onderwerp “jij/je” vóór de persoonsvorm staat.
- Jij vindt dit een goed idee.
- Het onderwerp “u, hij, zij of het” is.
- Mijn manager vindt de notulen te uitgebreid.
Veelgemaakte fouten:
- Het project vind ik interessant. → Fout! Moet zijn: Het project vindt hij interessant.
- Mijn collega vind het rapport niet duidelijk. → Fout! Moet zijn: Mijn collega vindt het rapport niet duidelijk.
Snelle check: verleden tijd-test
Zet de zin in de verleden tijd om de juiste spelling te controleren.
- Jij vindt het een goed plan. → Jij vond het een goed plan.
- Ik vind het een goed plan. → Ik vond het een goed plan.
Als het werkwoord verandert in de verleden tijd, weet je dat het een persoonsvorm is en gebruik je de juiste spelling.
Ezelsbruggetje: de ‘loop’-test
Vervang het werkwoord “vinden” door “lopen”.
- Jij loopt naar kantoor? → Jij vindt de notulen goed?
- Hij loopt naar kantoor. → Hij vindt de notulen goed.
- Ik loop naar kantoor. → Ik vind de notulen goed.
Past “loopt” in de zin? Dan gebruik je ook “vindt”.
Word of wordt? Dit is de gouden regel
Stel je voor: je zet een belangrijke update in een verslag en ineens begint Word je werk te onderstrepen. Fout? Of is het gewoon een overijverige spellingscontrole? Geen zorgen, na vandaag weet je altijd of het “word” of “wordt” moet zijn.
Ook “word” of “wordt” levert vaak twijfels op, vooral in zakelijke teksten.
Gebruik “word” als:
- Het onderwerp “ik” is.
- Ik word gebeld door de manager.
- Het onderwerp “je/jij” achter de persoonsvorm staat.
- Word jij nog teruggebeld?
Gebruik “wordt” als:
- Het onderwerp “jij/je” vóór de persoonsvorm staat.
- Jij wordt morgen ingewerkt.
- Het onderwerp “u, hij, zij of het” is.
- Het verslag wordt naar iedereen gestuurd.
Veelgemaakte fouten:
- Hij word verwacht in de vergadering. → Fout! Moet zijn: Hij wordt verwacht in de vergadering.
- Word u later teruggebeld? → Fout! Moet zijn: Wordt u later teruggebeld?
Verleden tijd-test: werkt ook hier
Twijfel je? Zet de zin in de verleden tijd.
- Jij wordt om 10 uur gebeld. → Jij werd om 10 uur gebeld.
- Ik word om 10 uur gebeld. → Ik werd om 10 uur gebeld.
Als het werkwoord verandert, weet je dat het een persoonsvorm is en gebruik je de juiste spelling.
Meld of meldt? Hier gaat het ook nog weleens mis
“Waar meld u zich?” Oei. Klinkt prima, maar is het ook juist? Eén extra letter maakt het verschil tussen een nette e-mail en een knullige fout. Dit is hoe je het nooit meer fout doet.
Veel mensen twijfelen of ze “meld” of “meldt” moeten schrijven, vooral in e-mails of instructies. De regel is eenvoudig:
Gebruik “meld” als:
- Het onderwerp “ik” is.
- Ik meld me aan voor de cursus.
- Het onderwerp “je/jij” achter de persoonsvorm staat.
- Meld jij je ook aan?
Gebruik “meldt” als:
- Het onderwerp “jij/je” vóór de persoonsvorm staat.
- Jij meldt je aan voor de training.
- Het onderwerp “u, hij, zij of het” is.
- De collega meldt zich ziek.
- Waar meldt u zich bij binnenkomst?
Veelgemaakte fouten:
- Hij meld zich bij de receptie. → Fout! Moet zijn: Hij meldt zich bij de receptie.
- Meld je collega zich ziek? → Fout! Moet zijn: Meldt je collega zich ziek?
Snelle test: verleden tijd-check
Een simpele truc om te controleren of je “meld” of “meldt” gebruikt: zet de zin in de verleden tijd.
- Jij meldt je aan voor de cursus. → Jij meldde je aan voor de cursus.
- Ik meld me ziek. → Ik meldde me ziek.
Verandert het werkwoord in de verleden tijd? Dan weet je dat het een persoonsvorm is en moet je een -t toevoegen.
Taalfouten sluipen er makkelijk in, maar met een paar slimme trucs houd je ze onder controle. Neem de tijd om je teksten na te lezen en wees alert op deze veelgemaakte fouten. Een goed geschreven e-mail of verslag straalt professionaliteit uit en zorgt ervoor dat je boodschap helder overkomt.
Vind jij foutloos schrijven belangrijk? Dan vindt jouw lezer dat ook!
Wil je nog meer taaltips om foutloos te schrijven? Lees dan ook:
- Hen of hun? Deze ezelsbrug helpt! – Nooit meer twijfelen tussen ‘hen’ en ‘hun’.
- Veelgebruikte zakelijke afkortingen en hoe je ze correct gebruikt
- Een ieder of eenieder? – Leer het juiste gebruik van deze woorden.
- Ookal of ook al? – De juiste spelling en een handige uitleg.
Volg ons